Berichten

Horzeleitjes

In de nazomer kunnen we weer ongenode gasten verwachten in de vorm van horzeleitjes!!

De Paarden Oppas Service over horzeleitjesDe horzel is een vliegende parasiet, die zich graag nestelt in jouw paard. Het vrouwtje heeft de ambitie om minstens 500 eitjes op jouw paard te plakken. Ja, je leest het goed: 500! Ze heeft er nog meer: horzelvrouwtjes dragen 700 tot 1000 eitjes bij zich, maar ze vinden vaak meer dan 1 gastheer, omdat ze meestal verjaagd worden tijdens hun plakwerk. Zij plaatst haar eitjes het liefst op de benen of flanken van jouw viervoeter, maar ook op zijn nek, in zijn manen en rond zijn mond. Iedere 10 seconden kan ze een eitje aan een paardenhaar plakken. Je kunt ze makkelijk herkennen: dan zie je gele stipjes op je paard en die zijn er niet zomaar af te borstelen!

Verspreiding en gevolgen
De oplettende lezer vraagt zich nu af hoe deze horzels IN je paard terecht komen. Dat gaat als volgt: je paard wrijft zijn neus langs zijn benen, waar de eitjes zitten. Of hij krabt een ander paard met zijn tanden in zijn nek. De eitjes komen zo in zijn mond terecht en zij ontwikkelen zich in zijn mond tot larven. Vanuit de mond verplaatsen zij zich na ongeveer een maand naar de maag en daar settelen zij zich. De larven in de mond kunnen zorgen voor ontstekingen aan de mond en tong van je paard. Als de larven zich settelen in de maag kunnen ze maagzweren veroorzaken, wat weer kan leiden tot buikvliesontsteking. Dit kan je paard fataal worden! Symptomen waar je op moet letten zijn gapen, gewichtsverlies, koliek, diarree en andere spijsverteringsproblemen. In de darmwand overwinteren de larven en in het voorjaar worden ze uitgeniest of uitgepoept (ze kunnen zich zelfs door de huid naar buiten eten!), om zich vervolgens te ontwikkelen tot volwassen horzels, die nog meer eitjes kunnen gaan leggen! De horzels zelf eten niet, maar de larven voeden zich dus in de maag van jouw paard.

Voorkomen is beter dan…
Het is belangrijk om regelmatig goed te ontwormen, zodat de al aanwezige larven gedood worden. Stel samen met je dierenarts een goed ontwormingsplan op, op basis van mestonderzoek. Voorkomen is beter dan genezen, dus zorg dat je je paard nu inwrijft of sprayt met een anti-insectenmiddel, om die horzelvrouwtjes duidelijk te maken dat je jouw paard niet aanbiedt als gastheer! Zie je toch eitjes op je paard, verwijder deze dan met een horzelmesje of een schuurblokje. Pas op dat je hierbij zelf geen eitje in je mond krijgt (of op je handen en vervolgens in je mond of neus als je even je gezicht aanraakt of een haar uit je mond haalt, bijvoorbeeld), want je wilt zelf ook niet de gastheer worden van deze parasiet! Heb je moeite om de eitjes van je paard te verwijderen? Was dan je paard met een azijnoplossing: dan laten de eitjes makkelijker los. En natuurlijk blijft het belangrijk om de mest van je land te verwijderen, zodat de parasieten jouw weiland niet zien als de ideale kraamkamer!

Wat iedere paardenhouder weten moet over de spijsvertering

Wat moet je weten van de spijsvertering van het paard?

Voor iedere paardenhouder en verzorger is het belangrijk om de basis van de spijsvertering te kennen. Hoe beter je deze kent, hoe beter je voor je paard kan zorgen. We weten allemaal wel dat een paard met name ruwvoer moet eten. Maar waarom eigenlijk? Daarvoor moeten we eerst de geschiedenis van de evolutie van het paard in.

Wat leert de geschiedenis ons?

De eerste paardachtigen zijn al 60 miljoen jaar geleden ontstaan. Grofweg circa 3,5 miljoen jaar geleden is het paard ontstaan waar onze huidige paarden lijken. Uit de inrichting van hun spijsvertering en de vormgeving van hun gebit blijkt dat deze oerpaarden leefden op moeilijk verteerbare grondstoffen. Hun basisdieet bestond uit vele grassoorten en verschillende soorten bladeren, struiken, andere plantensoorten, knollen, bast en vruchten. In de afgelopen millennia is er nauwelijks iets veranderd aan de spijsvertering of gebit van het paard.

Ontwikkeling van het dieet door invloed van de mens

Door domesticatie is de voedselconsumptie wel veranderd. Toen het paard als werkpaard diende, begon men granen bij te voeren, omdat er weinig tijd was om voldoende ruwvoer te eten. Granen bevatten zetmeel en geven daardoor snel en veel energie. Granen zijn de zaden van grassen – ze kunnen prima door het paard worden verteerd. Maar een paard kan maar een bepaalde hoeveelheid verwerken. Het graan moet namelijk enzymatisch worden verteerd en de alvleesklier maakt maar een beperkte hoeveelheid van de hiervoor benodigde enzymen aan.
Vanuit deze ontwikkeling in de geschiedenis is het krachtvoer ontstaan wat we nu kennen. Helaas heeft menig krachtvoer niet meer dezelfde kwaliteit als vroeger. Daarover later meer.

 De belangrijkste kennis over de spijsvertering

Tanden: Voor de juiste maling van het voer dient het gebit in goede staat te zijn. Het is wijs om de tandarts minimaal 1 maal per jaar de tanden te laten bijwerken.

Maag: Een paard moet 16 uur per dag kunnen kauwen op ruwvoer (hooi en/of gras). Krijgt een paard te weinig ruwvoer of staat hij langer dan 2 uur zonder, dan verzuurt de maag. Dat komt omdat het lichaam non-stop zuren aanmaakt. Wordt dit niet geneutraliseerd met speeksel en voeding, dan kan dat bijvoorbeeld maagzweren veroorzaken.

Dunne darm: Hier worden de koolhydraten, eiwitten en vetten afgebroken door enzymen. Wanneer niet alles in de dunne darm verteerd wordt, komt dit onverteerd in de blinde en dikke darm terecht. Dit verstoort de vertering in deze gebieden en bemoeilijkt de opname van voedingsstoffen.

Galblaas: Gal is een vloeistof die vetten afbreekt die via voeding in het lichaam terechtkomen, waardoor deze door de darm opgenomen kunnen worden. Bij een mens wordt gal opgeslagen in de galblaas en in de dunne darm geknepen als men eet. Een paard heeft echter geen galblaas! Het gal komt 24/7 direct de dunne darm in. Dit is logisch: paarden in het wild besteden minimaal 16 uur per dag aan eten. Het is voor het lijf dus niet nuttig om het gal tijdelijk op te slaan, want het moet het overgrote gedeelte van de dag beschikbaar zijn. Een direct gevolg hiervan is dat het onverstandig is om grote hoeveelheden olie bij te voeren in een voerbeurt.

De blinde & dikke darm: Hier wordt het ruwvoer grotendeels door middel van bacteriën verteerd. De voedselbrij gaat zeer traag door dit gedeelte van het stelsel heen. Op deze manier kan het lichaam uit arm en moeilijk verteerbaar voedsel toch veel voedingsstoffen onttrekken. Doordat de verschillende bacteriestammen de darm bevolken kan je nooit zomaar wisselen van voeding (ook ruwvoer niet). Elke stam heeft een functie en bij veranderingen moeten de stammen de tijd krijgen zich te verhouden tot de nieuwe voeding die binnenkomt.

Welke voeding past bij dit spijsverteringstelsel?

Dat is voeding die een paard in de natuur ook zou eten (zoveel mogelijk in onbewerkte vorm). Vooral veel soorten grassen en kruiden. Maar ook zaden met schil, granen in kaf, boomschorsen en bladeren, vruchten en mineraalhoudende grondstoffen passen in het dieet.

En welke voeding moet je zoveel mogelijk uit de weg gaan?

De industrie heeft een breed spectrum aan bewerkingen bedacht, zogenaamd om de “opname” te verbeteren. Hierbij moet je denken aan gepofte tarwe, getoast lijnzaad, ontsloten maïsvlokken en ga zo maar door. Door deze bewerkingen verliezen de grondstoffen hun kracht en moeten er allerlei (meestal synthetische) vitaminen en mineralen toegevoegd worden om nog tot een enigszins voedzaam resultaat te komen.

Vaak zie je dat er veel gebruik wordt gemaakt van restproducten, zoals kortmeelpallets, sojaschroot, tarwegries, enzovoort. Een brok, biks, balancer of muesli wordt volgestopt met restproducten waar vervolgens weer een hoop synthetische vitaminen en anorganische mineralen worden toegevoegd. Dit houdt de het eindproduct wel betaalbaar, maar gezond is het niet.

En dan heb je nog te maken met de kwaliteit van de grondstoffen. Veel producten worden gemaakt van GMO grondstoffen of van met pesticiden bespoten gewassen. Dit is een directe belasting voor het lijf en naast het feit dat het niets toevoegt, is het zelfs schadelijk op de langere termijn. Ook worden deze gewassen vaak op uitgeputte landbouwgrond verbouwd. Hierdoor hebben deze planten veel minder inhoudsstoffen dan biologische gewassen.

Verder moet je kijken naar de samenstelling. In hoeveel producten zit er een groot aandeel mais? En ook suiker/melasse wordt vaak als bindmiddel of smaakmaker gebruikt. En wat dacht je van conserveringsmiddelen als E321 en E320? Ook niet wenselijk in het paardenlijf!

Dit allemaal wetende, wat is dan wel gezond?

De Paarden Oppas Service over voedingGa voor onbewerkte grondstoffen van goede kwaliteit, in de juiste samenstelling, zonder synthetische toevoegingen. Een geschikte basis voor een paard dat dagelijks een uurtje in de bak werkt en voldoende kwalitatief ruwvoer eet, is heel gemakkelijk samen te stellen: dagelijks een handvol kruiden van de Iedere dag mix van Terra Pura, aangevuld met een beetje muesli van Bio-Ron. Daarnaast hang je een Himalaya liksteen, een bakje met Keltisch zeezout en één met Veendrenk op in zijn stal of paddock. Zo kan het paard zelf kiezen welke mineralen hij aan wil vullen en heb je geen kans op overschotten.

Dat is alles! Simpel, supergezond en het bevat alle benodigde vitaminen en mineralen van natuurlijke oorsprong. Hiermee houd je je paard gezond op de korte en langere termijn.

Heb je nog vragen?

Uiteraard zouden we nog veel uitgebreider kunnen ingaan op dit onderwerp. Er zijn ontzettend veel uitzonderingen of toevoegingen, maar dat past uiteraard niet allemaal in één blog. Op purehorse.nl staat veel informatie over gezonde voeding. Mocht je nog vragen hebben, voel je vrij om deze te stellen. Je kan daarvoor mailen naar info@purehorse.nl.

Dit is een Gastblog van Jantine Steehouder, directeur van Pure Horse

 

 

Zoethout, je moet ervan houden, hebt het nodig of allebei

Vroeger kocht ik weleens een stokje zoethout bij de snoepwinkel. Dat deden kinderen die in de jaren zestig (of eerder) geboren werden. Heb jij dat ook gedaan? Wist je dat het stokje niet aan een boom groeit, maar een deel van de wortel van de zoethoutstruik is? Je moest echter flink zuigen en kauwen voor je de zoetstof echt kon proeven en in de jaren 70 verving de snoepindustrie het zoethout door snoep wat makkelijker te eten was. Het sap uit de wortel wordt echter nog steeds gebruikt als grondstof voor drop.

Je moet ervan houden, van die smaak. Dat, of je vindt het vies. Er zit niets tussenin. Vond jij zoethout lekker of vond je het smerig?
Als je het eenmaal geproefd hebt, zal je daar een uitgesproken mening over hebben. Maar wist je ook dat zoethout een heilzame werking heeft? Zoethout heeft namelijk een verzachtende werking op de keel, slijmvliezen en luchtwegen. Het ondersteunt het herstel bij een lekkende darm of andere spijsverteringsproblemen, bijnieruitputting en chronische vermoeidheid. Zoethoutextract stimuleert de afgifte van het enzym secretine, wat zorgt voor de bescherming en heropbouw van het maag- darmslijmvlies. Je kunt op een stokje kauwen, of je trekt er thee van. Er zijn ook tabletten verkrijgbaar met zoethoutextract.

Maar waarom verschijnt dit artikel op de pagina van de Paarden Oppas Service? Omdat zoethout ook wordt ingezet om paarden te genezen van verschillende kwalen. Het is een natuurlijke remedie, net als wilg.

Zoethout bevordert de eetlust en helpt tegen misselijkheid. Dus als je paard hoest en niet goed eet, kan je zoethout geven. Je kunt het in poedervorm kopen, en dan kan je het zo over het eten doen. Het mooie van zoethout is dat het helpt om slijm los te maken, zonder dat het het hoesten onderdrukt. Dus je paard kan dan het opgeloste slijm gewoon ophoesten (want dat moet hij toch kwijt!). Het werkt ook krampwerend op de bronchiën, waardoor je paard niet in een kramphoest terecht komt. Prettig. Daarnaast is het ontstekingsremmend en antibacterieel.

Eerder schreven we over paarden die maagzweren krijgen. Dit fenomeen komt vaker voor dan je zou denken en we merken het niet altijd dat een paard een maagzweer heeft. Zoethout werkt dodend op de bacterie die maagzweren veroorzaakt, en aangezien voorkomen beter is dan genezen, zou ik zeggen: geef je paard zoethoutpoeder! Ook als je paard last heeft van maagzuur, of als je paard een geïrriteerde slokdarm heeft, kan je zoethout geven om de slijmvliezen van de luchtwegen en de slokdarm te verzachten.

En als je paard moeite heeft met de bittere smaak van andere supplementen die hij toch moet hebben, kan zoethoutpoeder een oplossing zijn, aangezien de zoete smaak zal overheersen. Het verzacht geïrriteerde slijmvliezen van de luchtwegen waardoor het kan worden gebruikt tegen hoesten.

Waarschuwing: zoethout verhoogt de bloeddruk, dus als je paard al een hoge bloeddruk heeft (bijvoorbeeld als je merrie drachtig is), kan je het beter niet geven. Heeft je paard een lage bloeddruk, dan is het juist goed om zoethout te geven!

Mijn paard heeft er een maagzweer van gekregen!

We hebben allemaal weleens gehoord van mensen die een maagzweer kregen van de stress, maar wist je dat paarden ook maagzweren kunnen krijgen? Komt dit misschien doordat hij niet goed kan opschieten met zijn stalgenootjes? Nee, in tegenstelling tot bij mensen, worden maagzweren bij paarden niet in de eerste plaats veroorzaakt door stress. Stress kan er wel aan bijdragen.

De oorzaak ligt bij paarden in een overproductie van maagzuur, waardoor het maagslijmvlies wordt aangetast. In de natuur hebben paarden over het algemeen vrije toegang tot voedsel en kunnen ze dus eten wanneer ze willen. Gedomesticeerde paarden zijn afhankelijk van ons voor hun voedsel. Aangezien hun spijsverteringsstelsel erop is ingesteld om vrijwel de hele dag door kleine hoeveelheden voedsel te verwerken is het niet goed als ze langer dan 4 uur zonder voedsel zijn. Het paard mag dan wel een groot dier zijn, maar zijn maag is in verhouding klein en produceert wel 24 uur per dag maagzuur. Voedsel, en met name ruwvoer, neutraliseert de maagfunctie doordat er speeksel wordt aangemaakt tijdens het kauwen. Samen met het voedsel beschermt het speeksel de maagwand tegen aantasting door het maagzuur.

 

Regelmatig voeren is dus heel belangrijk. De maag van het paard is niet zo groot, dus bij een volledige maaltijd wordt de maag al snel voor ruim tweederde gevuld. Hierbij komt er dan een zure maaginhoud tegen de kwetsbare bovenwand van de maag. Ook de volgorde waarin je verschillende voedingssoorten aanbiedt is van belang: geef eerst ruwvoer en dan pas krachtvoer, want bij het eten van ruwvoer maakt je paard meer speeksel aan. Let ook op de verhoudingen die je aanbiedt: geef meer ruwvoer dan krachtvoer. Sportpaarden staan over het algemeen langer op stal dan op de wei en krijgen sportbrok, wat weer resulteert in de productie van meer zuren. Hierdoor vormen zij juist een risicogroep. Daarbij komt nog eens dat intensieve training en stress de maagprocessen kunnen verstoren.

De bloedtoevoer naar de maag neemt af door training (het bloed gaat dan meer naar de spieren), en dit resulteert in een verhoging van de zuurtegraad in de maag, terwijl de toegenomen druk van de buik tijdens de training het zoutzuur naar bovenin de maag stuwt. Ook stress vermindert de doorbloeding van de maag, wat dus maagzweren in de hand werkt. Paarden die vaak op de wei mogen, en recreatiepaarden in het algemeen, zullen minder snel last hebben van een maagzweer.

Laat je paard liever niet werken op een lege maag: geef hem liever eerst een klein plakje hooi en dan na de training de rest van zijn portie. Dit filmpje illustreert de bestrijding van maagzweren: klik hier.

Natuurlijk wil je er op tijd bij zijn als je paard een maagzweer heeft, want in het ergste geval (als de maagzweer een gat in de maagwand veroorzaakt) kan het dodelijk zijn, met name bij jonge paarden. Wat zijn de symptomen? Ten eerste kan je het merken aan het feit dat je paard gewoon niet meer zo’n zin heeft om te werken en te eten en drinken. Zijn vacht wordt dof, hij kan chagrijnig worden en koliek of diarree krijgen (zie ook ons artikel Waaraan kan je zien dat een paard ziek is). Waar je het ook aan zou kunnen zien is dat hij veel gaat gapen en/of veel speeksel produceert. Registreer je dit soort symptomen, roep dan de hulp van een dierenarts in. Die kan een maagzweer constateren door middel van een endoscopisch onderzoek. Vervolgens kan hij maagzuurremmers en eventueel maagbeschermers voorschrijven. Als je dierenarts een maagzweer heeft geconstateerd, stop dan met krachtvoer en biedt onbeperkt ruwvoer aan. Laat je paard zoveel mogelijk buiten. Ben je gewend om je paard knoflook en/of duivelsklauw te geven als supplement, verminder dit dan wanneer er een maagzweer is geconstateerd, want in zijn conditie kan het toedienen van deze supplementen de kwaal verergeren! Je kunt het wel in beperkte mate geven en het beste is om het dan in combinatie met ruwvoer te geven. Is je paard herstellende van een maagzweer, geef hem dan ter ondersteuning kurkuma of zoethout!

Voorkomen is beter dan genezen, dus weet waar je op moet letten om maagzweren bij je paard te voorkomen: zorg voor een goed voedselmanagement: regelmatig voeren in de juiste volgorde (ruwvoer – krachtvoer), beperkt granen (die stimuleren e aanmaak van het hormoon pepsine, wat de productie van maagzuur stimuleert) en indien mogelijk onbeperkte toegang tot gras/hooi. Lucerne neutraliseert de zuurtegraad enigszins, dus dat zou je als supplement kunnen geven. Laat je paard niet te lang op stal staan en zorg dat hij in contact met andere paarden. En raakt je paard in de stress als hij vervoerd moet worden, kies er dan voor om de Paarden Oppas Service in te schakelen als jij met vakantie gaat: dan zorgen wij voor een verzorger die vanuit jouw huis de zorg voor je paard(en) overneemt. Dan kan je paard lekker thuis blijven!